during and for the purpose of war, and committed in wartime
by a national of an enemy power, namely
Japan and qualify the war crime "forcing into
prostitution" provided by and punishable by Article 1 (sub
7) Official Gazette 1946 No. 44 wherefore accused
should be declared guilty and has therefore convicted
Whereas, in respect of the punishment to be imposed to the accused,
that the crime committed by them is very serious:
that his guilt is highly aggravated by the following
conditions:
that women, who ended up in the Sakura Club, generally
found themselves in very paltry and difficult circumstances,
also because of the war with Japan, and the accused
made use of this emergency to make the women subservient;
that the accused also took in his brothel girls of a very young age,
indeed of twelve and fourteen years;
that the accused drew very considerable income from the Sakuaraclub,
of which he lived well with his concubine xxxxxxxxxxxxxx;
that the prostitutes in the Sakura Club were obliged to do
very heavy work in order to increase the income as high as possible;
Whereas, the Council taking into account all these facts
deems that imprisonment for the term of ten years is proportional
to the guilt of accused;
Having regard to, beside the already referred statutory provisions, article 4
of Official Gazette 1946 No. 45;
The original transcript is in Dutch, to find it, scroll to page 10 here.
Overwegende, dat deze feiten zijn een schending van de
ten en gebruiken van den oorlog, en in oorlogstijd begaan zijn
door een onderdaan van een vijandelijke mogendheid, te weten
Japan en opleveren het oorlogsmisdrijf "het dwingen tot
prostitutie" voorzien en strafbaar gesteld bij artikel 1 (sub
7) van Staatsblad 1946 No. 44, weshalve beklaagde daaraan schuldig
behoort verklaard te worden, en deswege veroordeeld,
Overwegende, ten aanzien van de aan beklaagde op te leggen
straf, dat het door hen gepleegde misdrijf zeer ernstig is:
dat zijn schuld zeer verzwaard wordt door de navolgende
omstandigheden:
dat de vrouwen, die in de Sakuraclub terecht kwamen, over het
algemeen in zeer armelijke en moeilijke omstandigheden verkeerden,
mede door den oorlog met Japan, en beklaagde van dezen
nood gebruik gemaakt heeft om de vrouwen aan zich dienstbaar
te maken;
dat beklaagde in zijn bordeel ook opnam meisjes van zeer
jeugdigen leeftijd, immers van twaalf en veertien jaar;
dat beklaagde uit de Sakuaraclub zeer ruime inkomsten trok,
waarvan hij met zijn bijzit xxxxxxxxxxxxxx een goed leven
geleid heeft;
dat in de Sakuraclub de prostituée's werden verplicht tot
zeer zwaren arbeid om die inkomsten zoo hoog mogelijk op te
voeren;
Overwegende, dat de Raad rekening houdende met al deze feiten
een gevangenisstraf voor den duur van tien jaar in juiste
verhouding acht tot de schuld van beklaagde;
Gelet behalve op voren aangehaalde wetsbepalingen, op artikel 4
van Staatsblad 1946 No. 45;
Geen opmerkingen:
Een reactie posten